Een jongen van brutale zwier

Erich Wolfgang Korngold
in Nederland 1910 – 1958

 

Samengesteld en ingeleid door

Caspar Wintermans.

Met essays van Brendan G. Carroll en Maarten ’t Hart.

520 Pagina’s, gebonden.

Oplage: 500 exemplaren.

Prijs: € 35,– inclusief verzendkosten.

Bestel het boek.

 

De geraffineerde, kleurrijke muziek van een van de grootste componerende wonderkinderen uit de geschiedenis, Erich Wolfgang Korngold, staat de laatste tijd weer volop in de belangstelling nadat de nazi’s zijn werk als entartet (want Joods) hadden verboden en de naoorlogse toonaangevende kringen op hun beurt de Oostenrijker als ‘ouderwets’ (want niet atonaal) en als ‘te romantisch’ in de ban hadden gedaan.

 

Toen de adolescent omstreeks 1914 internationaal de aandacht trok met pianosonates, trio’s, orkestwerken en zijn eerste opera’s, begon men zich ook in ons land voor het fenomeen te interesseren: Mengelberg bijvoorbeeld programmeerde de briljante Sinfonietta, en Korngold zelf reisde in 1925 naar Amsterdam om er eigen werk te dirigeren, terwijl hij in 1929 te ’s-Gravenhage een opvoering leidde van zijn beroemdste opera, Die tote Stadt. Over één en ander werd door de Hollandse pers uitvoerig bericht.

Een jongen van brutale zwier – de titel is ontleend aan een ingezonden brief over Korngold die in 1917 in De Telegraaf verscheen – geeft een gedetailleerde reconstructie van de receptie, tijdens het leven van de componist, van diens œuvre in Nederland. Bewondering, verwondering, lauwheid en regelrechte verguizing werden opgediept uit zo’n vijftig verschillende kranten, weekbladen en vaktijdschriften. Een biografisch register verschaft informatie over vrijwel alle musici en critici die Korngold’s muziek destijds alhier hebben gespeeld respectievelijk gerecenseerd. Aldus ontstond een boeiend, rijkelijk geïllustreerd beeld van een voorbije periode dat wordt gecompleteerd door de ongepubliceerde briefwisseling tussen Korngold en het Concertgebouworkest in de persoon van de ‘onder-directeur van de artistieke leiding,’ Rudolf Mengelberg.

 

Een jongen van brutale zwier in de pers

‘Een buitengewoon interessante kijk op de receptie van Korngold en het totstandkomen van gangbare meningen en hardnekkige stereotypen… De recensies worden door Wintermans aangevuld met brieven, artikelen en foto’s, voorzien van voortreffelijke noten, een biografisch register en een lijst met Korngold’s Nederlandse uitvoeringen tussen 1912 en 1950. Hierdoor ontstaat een bijzonder boek dat zowel een muziekbiografie is als een naslagwerk over de vier decennia uit het Europese en Nederlandse muziekleven.’

Olga de Kort in Luister, maart 2016.

 

‘In deze prachtig uitgevoerde, gebonden en bibliofiele uitgave (met een prijs van 35 euro zeker geen duur boek) verzamelde Caspar Wintermans recensies van en artikelen over Korngolds muziek die in de periode 1910-1958 in Nederland verschenen zijn. Van alle auteurs ervan en alle personen die genoemd worden, zijn in een appendix biografieën opgenomen, wat de documentaire waarde van dit 500 pagina’s dikke boek nog sterk verhoogt.’

Christo Lelie in Piano Bulletin, nr 2, 2016.

 

‘Een Nederlands boek over een filmcomponist? Wanneer werden we voor het laatst zo verrast? Publicist Caspar Wintermans heeft blijkens zijn nawoord twintig jaar aan de samenstelling van dit 500 pagina’s tellend boekwerk besteed… In 1925 dirigeerde de nog geen dertig jaar oude Korngold zelf het Amsterdamse Concertgebouworkest in een programma met enkele van zijn werken. De hieraan voorafgaande, nooit eerder gepubliceerde correspondentie biedt een verrassende en soms bizarre kijk in de onderhandelingen in de klassieke muziekwereld van de jaren ’20… Nu Korngold weer aardig in de belangstelling staat, is het boeiend te lezen hoe in de vaderlandse pers tegen hem werd gekeken tijdens zijn beginjaren en de periode van zijn grootste triomfen en zijn latere filmscores… Een voorbije era openbaart zich aldus voor onze ogen en oren.’

Paul Stevelmans in Score. Filmmuziekmagazine, mei 2016.